Project Monastic Pastoral Care

Monastic Pastoral Care

Project Monastic Pastoral Care

Monastic Pastoral Care
[origineel]

Inleiding

In de jaren 2018 en 2019 is het project Monastic Pastoral Care uitgevoerd in Nederland, Vlaanderen en de Duitstalige landen.

Het project bestond uit drie onderdelen:

  1. Het in kaart brengen (mapping) op oecumenische basis van de bestaande initiatieven en projecten van monastic pastoral care in Nederland, Vlaanderen en de Duitstalige landen.
  2. Een theologische reflectie over de concepten en strategieën die door intentional Christian communities worden toegepast tegen de achtergrond van de algemene herstructurering van de kerkelijke structuren.
  3. Een beoordeling en evaluatie van voorwaartse strategieën van intentionele christelijke gemeenschappen (IKS) en van de daaruit voortvloeiende vereisten.

 

1. Het in kaart brengen

In 2018 en de eerste helft van 2019 heeft de coördinator van het project Paul Wennekes gesproken met vertegenwoordigers van ongeveer 120 religieuze organisaties. Op één opvallende uitzondering na stemden alle organisaties er onmiddellijk mee in om geïnterviewd te worden en toonden ze een opmerkelijke openheid en gastvrijheid. Opvallend was dat de partners bij een aantal gelegenheden verklaarden dat ze blij waren om in een onofficiële setting te kunnen spreken over al hun zorgen en problemen, maar ook over hun hoop, plannen en gedroomde mogelijkheden. Blijkbaar zijn dergelijke mogelijkheden voor informele uitwisseling beperkt.

In de loop van het jaar 2018 werd de term intentional Christian communities (ICCs) in het project geïntroduceerd. In de oorspronkelijke opzet van het project was de woordkeuze sterk gericht op de ordes en congregaties met een rooms-katholieke achtergrond en werd vaak de term Religieuze Instellingen (RI’s) gebruikt. Omdat het aantal contacten met protestantse organisaties snel toenam, werd de term ‘intentional Christian community ‘ en de afkorting ICC de nieuwe standaard.  De internationaal geaccepteerde term intentional Christian community staat voor alle vormen van georganiseerd religieus gemeenschapsleven en omvat, maar is niet beperkt tot de traditionele vormen van God-gewijde gemeenschappen.

Al heel vroeg in het project werd duidelijk dat in plaats van vragen over organisatie, financiële modellen of juridische structuren, de kwestie van identiteit en spiritualiteit in snel veranderende sociale en religieuze omstandigheden de meest urgente kwestie voor ICC’s was.

In de loop van het project groeide het aantal contacten met protestantse ICC’s en hun koepelorganisaties snel en werd duidelijk, dat er een verrassend aantal nieuwe organisaties en initiatieven ontstaan in met name de Nederlandse maar ook in de Duitse protestantse kerken. Zo werd het oecumenische perspectief binnen het project belangrijker.

De drie projectlanden bevinden zich alle drie in het noordwestelijke deel van Europa en lijken op elkaar. Tijdens de gesprekken was het echter opvallend om de subtiele maar belangrijke verschillen te ervaren in mentaliteit, religieuze cultuur, het gebruik van bepaalde termen, de manier om een mening te uiten. Dit is een element om rekening mee te houden in de toekomstige contacten en in de uitwisseling tussen de partners in het project.

2. Theologische reflectie

Dr. Lea Verstricht van de Katholieke Universiteit Leuven, was verantwoordelijk voor de theologische reflectie over de concepten die door RI’s werden geïmplementeerd. In de loop van de twee jaar van het project bestudeerde ze een reeks documenten en publicaties en sprak ze met een reeks academici. De resultaten van haar werk werden gepresenteerd in een artikel en op de academische bijeenkomst op vrijdag 29 november in Maastricht; de teksten van deze academische bijeenkomst worden op deze website gepubliceerd.

3. Beoordeling en evaluatie van toekomststrategieën en vereisten

De vier belangrijkste conclusies van de beoordeling en evaluatie zijn:

3.1: Er is grote behoefte aan de oprichting of versterking van efficiënte netwerken van intentional Christian communities en aan ondersteuning van de samenwerking en de uitwisseling van ‘good practices’ tussen ICC’s.

Tijdens de gesprekken werd duidelijk dat er onder de ICC’s verbazingwekkend weinig kennis is over de plannen, activiteiten en initiatieven van andere ICC’s. Dit geldt voor de organisaties binnen een bepaalde denominatie in een bepaald land, nog meer voor de kennis over ICC’s in andere denominaties. Contacten over de grens waren nog schaarser; informatie was veel minder beschikbaar of werd veel minder gedeeld dan verwacht, sleutelfiguren hadden weinig kennis van elkaar of waren nooit in staat geweest om contacten te leggen.

Wat de protestantse ICC’s betreft, bestaat de indruk dat de meerderheid vrij onafhankelijk werkt en dat er nu pas koepelorganisaties worden ontwikkeld. Interessant is dat deze (koepel)organisaties weinig tot geen contacten lijken te hebben met Rooms-Katholieke (koepel)organisaties.

In de loop van de gesprekken is een beperkt aantal contacten gelegd met seculiere intentional communities rond onderwerpen als rechtvaardigheid en vrede, ecologie, sociale rechtvaardigheid. Deze organisaties waren enerzijds allemaal enigszins verbaasd om benaderd te worden, anderzijds zeer gastvrij en geïnteresseerd in de ontwikkelingen onder de ICC’s; er ligt een aanzienlijk potentieel verdere contacten met seculiere leefgemeenschappen.

3.2: Er is grote behoefte aan de ontwikkeling en implementatie van een programma voor sociale communicatie in een seculiere omgeving.

In de contacten werd duidelijk dat de meeste ICC’s worstelen met de gevolgen van de secularisering. Zoals de kerken in het algemeen merken ook de ICC’s meer en meer dat de kennis over de inhoud van religie, over de betekenis van religieuze taal en symbolen steeds sneller afneemt en dat er geen basiskennis van het christendom kan worden verondersteld bij het grootste deel van het publiek. Tegelijkertijd is er een bescheiden maar onmiskenbaar groeiende belangstelling voor het religieuze leven, de christelijke spiritualiteit, pelgrimeren, waarneembaar. Veel intentional Christian communities worstelen met het vinden van adequate antwoorden op de toenemende uitdagingen, worstelen om die uitdagingen van de secularisatie aan te gaan. Soms wordt de behoefte aan goede, aansprekende communicatie niet gezien, of ze wordt wel gezien maar kan niet gerealiseerd worden zonder hulp van buitenaf. Professionele, actuele (zelf)communicatie is een absolute noodzaak voor alle ICC’s in welk stadium van ontwikkeling of voltooiing dan ook.

3.3: Er is grote behoefte aan ondersteuning van ICC’s bij de ontwikkeling van langetermijnbeleid.

Bij veel ordes en congregaties is er een sterke neiging om niet meer dan één of twee jaar, maximaal drie jaar vooruit te plannen. Deels wordt dit veroorzaakt door het feit dat veel ordes en congregaties bezig zijn met de zogenaamde verantwoorde voltooiing, waarbij er geen behoefte lijkt te zijn aan beleidsplanning op lange termijn. Deels komt dit doordat bestuursleden zozeer in beslag genomen worden door het dagelijks managen dat er nauwelijks tijd of mentale ruimte overblijft voor een langere termijnplanning. Verantwoorde voltooiing kan in veel van de ordes en congregaties een noodzaak zijn; een tweesporenbeleid van voltooiing naast een openheid voor een nieuwe of aangepaste missie is echter in veel gevallen mogelijk en wenselijk. En dan wordt beleidsplanning op lange termijn een (dringende) verplichting.

Aan de andere kant bevinden veel van de nieuw opgerichte ICC’s zich nog in de fase van ontwikkeling en het zoeken naar hun identiteit en zending. Hierdoor zijn ook deze organisaties terughoudend in het vooruit plannen voor een langere periode. Om gezien de snelle secularisatie in de toekomst een herkenbare impact te bereiken, kunnen de ICC’s het zich niet veroorloven om af te zien van beleidsplanning op lange termijn, maar moeten ze dit opnemen in hun algemene beleid.

De invoering van het concept ‘spirituele familie’ kan hierbij helpen. Een spirituele familie wordt gezien als de hele groep van ordes, congregaties, lekenverenigingen, onderzoeksinstellingen, enzovoorts binnen één grote spirituele traditie (Franciscaans, Dominicaans, Ignatiaans). Lange termijnplanning is een verplichting voor het geheel van zo’n specifieke geestelijke familie en niet alleen de verplichting van een individuele instelling.

3.4: De noodzaak om de gevestigde en nieuwe ICC’s bewust te maken van een gedeelde verantwoordelijkheid met betrekking tot het spirituele erfgoed.

Veel van de nieuw opgerichte ICC’s verbinden zich expliciet met een van de gevestigde spirituele tradities of ontwikkelen een identiteit door gebruik te maken van elementen uit deze tradities. Verbazingwekkend genoeg lijkt dit te gebeuren zonder de (nog steeds) levende gemeenschappen die volgens deze tradities leven daarbij te betrekken. Het gevolg hiervan is dat veel van deze nieuwe ICC’s min of meer geïsoleerd daaraan werken en tot op zekere hoogte het wiel opnieuw moeten uitvinden.

Er is ook een bescheiden maar duidelijk groeiende belangstelling van buiten de ICC’s voor de christelijke spirituele tradities en die van ordes en congregaties in het bijzonder. Veel van de gevestigde ICC’s kennen een terughoudendheid of onvermogen om met de buitenwereld te communiceren over hun spiritualiteit/spirituele erfgoed. ICC’s, met inbegrip van de organisaties in het proces van voltooiing, worden opgeroepen om vanuit hun spirituele ‘schatkamer’ te delen en te reageren op de verlangens en verzoeken van buiten hun organisaties.

Deze vier hoofdconclusies van het project Monastorale Pastorale Zorg werden vertaald naar de vier hoofdactiviteiten van het vervolgproject ‘Netwerken van Opzettelijke Christelijke Gemeenschappen’.

Het congres van 29 en 30 november 2019 in Maastricht

In het laatste weekend van november 2019 werd in de stad Maastricht een reeks activiteiten georganiseerd om een caleidoscoop van resultaten en indrukken van het project te presenteren.

Op vrijdag 29 november vond een academische bijeenkomst plaats (in het Engels). Aan deze bijeenkomst, die plaatsvond in het klooster van de ‘Zusters onder de Bogen’, werd door een reeks internationaal gerenommeerde academici een bijdrage geleverd. De teksten van de lezingen die gedurende de dag werden gegeven zijn elders op deze website te vinden.

Op zaterdag 30 november werd in de protestantse Janskerk in Maastricht een gevarieerd programma van lezingen en onderlinge uitwisseling georganiseerd. Gedurende de dag presenteerden bijna 20 verschillende sprekers korte statements op een meer persoonlijke manier. De bedoeling van dit concept was om een gezicht en een stem te geven aan de vele verrassende en bemoedigende initiatieven die in de loop van het project werden ontdekt. Tussendoor was er tijd voor informele uitwisseling en een 25-tal organisaties presenteerden zich in een zogenaamde ‘agora’.

Verdere bijdragen van gesprekspartners

In het kader van het project Monastic Pastoral Care werden zo’n 120 gesprekken gevoerd; een representatief aantal van deze partners werd uitgenodigd als spreker op de slotbijeenkomst van het project op 30 november 2019 in Maastricht. Veel meer van de gesprekspartners hadden zeer interessante dingen te vertellen en een aantal van hen is uitgenodigd om een paar pagina’s te schrijven over een onderwerp dat specifiek is voor hun organisatie of werk. Er zijn zo’n 25 artikelen ontvangen die ook op deze website te vinden zijn.