De belangstelling voor de oblatuur is in de afgelopen 20 tot 30 jaar toegenomen. Veel mensen zijn op zoek naar innerlijke rust. Zij merken dat dit voor hen alleen mogelijk is als zij hun leven intensiever op God richten. De band met een klooster is in dit verband erg belangrijk voor hen. In de kloosters zoeken zij een geestelijk thuis dat zij in de parochies niet of niet meer vinden. Voorts kan worden vastgesteld dat ook de oblatuur de laatste decennia is veranderd. Het is uitgegroeid tot een roeping op zich. De oblaat zoekt serieus naar God en wil dit ook beleven in de familiale en professionele omgeving. Vooral op professioneel gebied is dit vaak niet gemakkelijk.
Bovendien is er een tendens waarneembaar dat de oblatengemeenschappen van vele kloosters groter worden dan de kloostergemeenschappen. Deze ontwikkeling zal in de komende jaren nog toenemen door de afnemende omvang van kloostergemeenschappen of de opheffing van kloosters.
Als gevolg daarvan zal ook de verhouding van de kloosters tot de oblaten veranderen, b.v. door de medewerking van oblaten aan bepaalde opgaven van de kloosters. Maar het komt ook voor dat een communiteit niet langer kan voorzien in een oblatenrector. Hoe kan een relatie met het klooster dan op een positieve manier beleefd worden? In de toekomst zal dit resulteren in ontwikkelingsprocessen en -taken voor zowel de kloosters als de oblatengemeenschappen en dus ook voor de ARGE.
Abt Emeritus Notker Wolf OSB / St. Ottilien heeft in 2005 het initiatief genomen tot de zogenaamde Wereld Oblaten Congressen, die om de 4 jaar in Rome plaatsvinden. Dit gaf de aanzet tot een wereldwijd netwerk van oblaten. Op deze wijze is er een uitwisseling gegroeid op vele verschillende niveaus, die zeer verrijkend is voor de oblaten van de afzonderlijke landen. Een blik op het leven en de organisatie van de oblaten in de Verenigde Staten kan bijvoorbeeld zeer goede stof tot nadenken geven voor ons hier in Europa.
De oblatuur is door de eeuwen heen altijd in beweging geweest. En zo is het ook vandaag. Dit is een teken van de vitaliteit van deze vorm van leven, die het leven van de kloosters op vele manieren kan verrijken.