Deze vraag kregen we van Paul Wennekes voorgelegd. Hieronder een reactie daarop.
De Augustijnen: een betrekkelijk kleine internationale Orde. We zetten ons in Nederland – en met name in Eindhoven – in als een gastvrij huis voor iedereen die aanklopte, als een centrum van goed verzorgde vieringen, als een stimulans voor scholing en vorming in zeer diverse schooltypen en maatschappelijke organisaties; we leverden een flinke bijdrage in de zorg voor mensen-in-de-marge.
In Eindhoven vormden de Paterskerk, het klooster ‘Mariënhaghe’ en een middelbare school (tot 1959) lange jaren één complex. In 2008 werd duidelijk dat ons aantal en onze krachten kleiner werden; dat we niet alles meer konden wat we wilden en dat de Paterskerk aan een grondige restauratie toe was. De kosten van die restauratie waren voor ons onaanvaardbaar hoog. De omvang van het kerkgebouw (een rijksmonument en een ’blikvanger in Eindhoven) bleek te klein voor een projectontwikkelaar. Geen kerkelijke of burgerlijke instantie kon ons helpen.
De DELA (Draagt Elkanders Lasten) staat bekend als een begrafenisonderneming. Maar óók als een coöperatie die méér wil zijn dan een praktische, ‘goed gesmeerde’, toch vrij eenzijdige organisatie. Een gedreven CEO en medewerkers willen in een Brainport als Eindhoven méér aandacht besteden aan de achtergronden waaruit mensen leven, onder andere bij uitvaarten, jubilea, andere ceremonies, verdiepingsbijeenkomsten, tentoonstellingen en feesten.
In 2011 vonden de Augustijnen en de Gemeente Eindhoven – die onder andere ook de Catharinakerk als haar Stadskerk onderhoudt en ter beschikking stelt voor roomse vieringen en sociaal-culturele activiteiten – elkaar op een Biënnale in Maastricht. De gemeente was al jarenlang de eigenaar van de school. Die was ook aan een grondige restauratie toe.
Op die Biënnale troffen we tot onze verrassing een flinke groep, grotendeels jongere en ook – op het gebied van herbestemming – deskundige mensen uit het hele land. Met enthousiasme werden drie mogelijkheden uitgewerkt om – in de gezamenlijke gebouwen – mensen bijeen te brengen die zich op méér dan materie en techniek willen bezinnen; die MET HART EN ZIEL een veelzijdige bezinning op en inzet voor onze leefwereld nastreven.
Volgens de Europese richtlijnen openden we een soort ‘open markt’, waarop geïnteresseerden konden inschrijven voor een project in een deel of het geheel van dit stukje binnenstad. Onder andere DELA kwam met een alomvattende schets van een Ceremoniehuis, een hotel, ruimten voor scholing, ontmoeting en spiritualiteit, niet alleen gericht op de zogenaamde elite, maar breed, met inzet op alle geledingen van de samenleving. Momenten waarop het leven in al zijn facetten gevierd wordt. Na lange, diepgaande en ook moeilijke gesprekken is uit ons ‘tripartite’ overleg en in contact met veel maatschappelijke organisaties (waaronder de Provincie Brabant en diverse groepen die zorg dragen voor monumenten) het project DOMUSDELA ontwikkeld. Op 8 november is het geopend. Ga eens kijken: het is een knap staaltje architectuur en stads(deel)ontwikkeling
Wij wisten dat er in en rond Eindhoven zeker een dertigtal kerken gesloten moest worden en dat er voor vele geen andere bestemmingen mogelijk bleek dan bijvoorbeeld sportschool of winkel. We weten óók dat er in Eindhoven veel vraag is naar plaatsen van gastvrijheid voor een ontmoeting tussen de culturen en mensen, en voor hen die een tegenwicht zoeken voor een eenzijdig materiële, oppervlakkige en technisch hoogwaardige samenleving. Velen voelen zich daarbij niet meer thuis in de kerken of in een langdurige inzet voor een vereniging of organisatie. Zij zoeken en vinden inspiratie elders en/of op top- of dieptemomenten in hun leven. Wat zij op die momenten meekrijgen, kan hun de weg wijzen naar verdieping van hun leven, en dus zeker ook een opening zijn naar de diepste waarden van het christenzijn.
Grofweg gesproken zijn er in ons Christendom twee elkaar aanvullende wijzen van benadering. Zij staan niet tegenover elkaar; beide hebben dezelfde doelstelling (de weg naar en met Christus openhouden), maar leggen andere accenten. De ene manier is die van ‘het -min of meer voor zich -laten spreken van oude rituelen, begrippen en teksten’; en te proberen deze te laten landen in de situatie waarmee mensen bij ons komen.
De andere benadering is die van het uitgaan van de omstandigheden en mogelijkheden waarin mensen nú leven en dan vormen van leven en vieren vinden waarin Christus kan spreken. Dat zullen in déze tijd in de regel geen hoog-kerkelijke vieringen zijn, maar wél diepzinnige. We merken ook in Eindhoven dat er weinig begrafenissen of crematies vanuit kerkgebouwen zijn; in de dorpen rondom de stad, met een sterkere sociale structuur zoekt men vaker kerkgebouwen op. Afscheidsvieringen zijn vaak allereerst gelegenheden om de overledene recht te doen, op een diepere manier te laten spreken. Eerbied en aandacht voor wat er dán is, is een vereiste. Maar biedt ook mogelijkheden om dat op een aangepaste manier te verbinden met ons geloofsmysterie: leven, het lijden en de verrijzenis van Christus.
Niemand mag deze twee benaderingswijzen tegen elkaar uitspelen. Het DELA-project biedt mogelijkheden voor de verkondiging van de wezenlijke, christelijke boodschap. Het project van de DELA is tevens een uitnodiging om ook ónderling in onze gevarieerde Kerkgemeenschap met elkaar in gesprek te blijven en van elkaar te blijven leren
Wij, Augustijnen, wilden tegen bovenstaande achtergrond dit project graag een kans geven. Dat bood ons een gelukkige mogelijkheid om de gebouwen niet zomaar – uit zwakte – af te stoten, maar een dienst te bewijzen aan de samenleving van Eindhoven en aan initiatieven voor een gastvrije, bezinnende en geëngageerde manier van leven; en om tevens een uitnodiging te zijn voor een goede verkondiging en viering van het verrijzenisgeheim. Met dit project neemt de DELA ook een risico. Maar dit komt overeen met wat zij in haar laatste tv-spotjes naar voren brengt: méér aandacht voor wat wij, in vreugde en plezier en alles daartussen, voor elkaar kunnen betekenen. Dat wil niet zeggen dat DOMUSDELA al onze idealen verwerkelijkt, maar het biedt ook voor christenen een mogelijkheid het leven te vieren en er méér dan de gebruikelijke diepgang aan te geven.
De DELA is met veel respect met de gebouwen omgegaan. Dat blijkt o.a. uit de wijze van verbouwing, uit het respect waarmee diverse elementen uit de oude kerk hun plaats kregen, uit de naamgeving van elementen: de ‘Paterskerk’ blijft Paterskerk heten en de kapel ‘Kapel’; de brasserie en het restaurant kregen – wat u er ook van denkt – de namen van twee grote Augustijnse heiligen; ; het hotel gaat ‘Mariënhaghe’ heten; de DELA neemt de zorg voor het Augustijnenkerkhof op zich en zal ieder jaar een ‘Augustijnendag’ organiseren – d.w.z. een bezinningsdag gewijd aan diverse culturele en maatschappelijke thema’s en problemen . Het gaat daarbij niet om een eerbewijs aan onze Orde, maar om levend te houden waar we óók ten diepste voor staan en stonden.
Geef een reactie